Isolatie van een patiënt wordt overwogen in twee verschillende situaties.
Enerzijds kan het gaan om het afzonderen van een patiënt in een isoleercel of een time-out ruimte.
In AZ Sint-Blasius zien we dit als een noodmaatregel die enkel in uitzonderlijke situaties gebruikt wordt op spoed en op de PAAZ (psychiatrische verblijfsafdeling), en die een adequate behandeling onder continu toezicht moet mogelijk maken. De essentie hierbij is het voortdurende toezicht. In die zin is “isolatie” een slechte benaming. Bedoeling is immers om de patiënt midden tussen het verpleegkundig team te plaatsen in veilige omstandigheden, zodat hij de klok rond kan geobserveerd worden.
Indien je als patiënt of familielid hierover vragen hebt, aarzel dan niet de behandelende arts of een verpleegkundige aan te spreken.
Anderzijds kan isolatie ook betekenen dat we voorzorgen nemen bij een patiënt die besmet is, om de patiënt zelf, de medepatiënten en bezoekers te beschermen.
Zo zal de besmette patiënt die op een tweepersoonskamer verblijft overgebracht worden naar een eenpersoonskamer, blijft de deur van deze kamer gesloten, wordt de omgeving van de patiënt dagelijks gereinigd, en dergelijke meer. De procedure voorziet dat patiënt en familie of bezoekers duidelijke informatie krijgen over de voorzorgsmaatregelen die zij zelf dienen te nemen en die het personeel neemt.
Spreek je arts of verpleegkundige zeker aan indien je hierover vragen zou hebben.